Ierse zussen geëmotioneerd bij allereerste handeling graafmachine

Mediacircus rond vliegtuigberging


door eric molenaar


BERKHOUT - De Ierse zussen Margaret Tracey en Carmel McGrath hebben het zichtbaar even moeilijk. Op de plek waar hun oom ligt schraapt een graafmachine een dun laagje met gras weg. Mensen met camera's, microfoons en notitieblokjes krioelen er omheen. De berging van een Britse bommenwerper is begonnen.

De Ierse zuster van boordschutter John Kehoe vroeg de gemeente in 2005 om het toestel te lichten, zodat ze haar broer in gewijde grond kan herbegraven. De gemeente 'zette de molen in werking' nadat de familie van de andere vlieger die nog in het toestel rust, de Brit Stanley Mullenger, toestemming had gegeven om het veldgraf te openen. Zij bereidde een bergingsoperatie voor, die ook een aantal onontplofte bommen omvat. Verder worden wrakdelen geruimd van een Amerikaanse bommenwerper die in 1944 bij Ursem neerstortte.
,,Dit is het eind van een twee jaar durende voorbereiding. Sneller kon het niet'', zei burgemeester Leonie Sipkes van Koggenland bij de start van de operatie.
Volgens Sipkes zijn er veel misverstanden rond de berging. Gisteren nog werd zij gebeld door mensen van de thuiszorg, die zich ongerust afvroegen of ze in Berkhout nog wel op huisbezoek kunnen. ,,Maar er is geen sprake van explosiegevaar. Als er bommen worden gevonden, zullen die op een nader te bepalen moment onschadelijk worden gemaakt. We lichten de mensen daar ruim van tevoren uitvoerig over in. We gaan er nu van uit dat dit wat Berkhout betreft op 7 oktober zal zijn.''

Blij

Tracey, McGrath en Sheila Hamilton, de Britse dochter van de vrouw die verloofd was met Kehoe toen hij sneuvelde, zijn blij dat het werk is begonnen. Even was sprake van een valse start, toen het de Ierse zussen en burgemeester Sipkes niet lukte het doek van een informatiebord aan het Westeinde weg te trekken. Maar een bergingsspecialist van de luchtmacht wist met enig klauterwerk de informatie alsnog te onthullen.
Onder de genodigden was de Ierse ambassadesecretaris John Gilroy, die vanaf het begin bij het bergingsverzoek betrokken is. Ook hij is dankbaar dat het werk is begonnen. ,,Ons doel is de wens van de familie in vervulling te laten gaan en we zullen alles doen om dat te bevorderen.'' Wel houdt hij rekening met het ondenkbare: dat de stoffelijke resten misschien niet bij het wrak worden gevonden. De piloot en navigator zijn uit het toestel geslingerd en andere lichamen zijn nooit aangetroffen, maar toch blijft het de grote vraag of het wel klopt wat altijd is aangenomen.
Het zou het ergste zijn wat kan gebeuren als ze niet worden gevonden, reageerde Sheila Hamilton. Ze kan het zich niet voorstellen.
Een van de mensen die op de bergingsplek voor tv werd geïnterviewd is Jan Schilder, zoon van de toenmalige landeigenaar Dirk Schilder. Hij was 10 toen de bommenwerper neerstortte en zag de vuurzee en de vol water gelopen sleuf waar een deel van het toestel was verdwenen. Wat hem betreft had het veldgraf er gewoon kunnen blijven, maar hij heeft er een goed gevoel bij dat aan het verzoek wordt meegewerkt: ,,Uit respect voor degenen die ons bevrijd hebben.''

Bron: Noordhollands Dagblad, 4 september 2007

Zie ook:

Videofilm op NHD.nl
- Nieuwsbericht op RTVNH