van onze verslaggever Eric Molenaar
BERKHOUT - Vanuit een sondeerwagen in Berkhout is woensdagmiddag een boring tot 25 meter diep gedaan. Dit gebeurde op het weiland waar het wrak van een Britse bommenwerper ligt.
De boring vond
plaats vlak bij de plek waar op 8 november ter herdenking kransen werden gelegd.
De boring maakt deel uit
van het onderzoek naar de vraag of berging van het vliegtuigwrak technisch haalbaar
is, en wat dit zal gaan kosten. Het gaat om de resten van een Hampden bommenwerper,
die neerstortte op 8 november 1941.
In het toestel bevinden zich naar verwachting de stoffelijke overschotten van
de Ier John Kehoe en de Brit Stanley Mullenger. De nu 87-jarige zuster van Kehoe
heeft gevraagd om de berging, om hem in eigen land in gewijde grond te kunnen
herbegraven.
Behalve op het land van de familie Schilder, achter Westeinde 313 in Berkhout,
is ook bodemonderzoek verricht nabij Noorddijkerweg 116 in Ursem. Op dat land,
van veehouder en gemeenteraadslid G. van der Roest, zouden wrakstukken liggen
van een B-24 Liberator bommenwerper, die op 29 juni 1944 neerstortte.
Eerder deze maand hebben mensen in opdracht van civieltechnisch ingenieursbureau
Tauw met de hand al een aantal boringen gedaan tot kleinere diepten, van twee
tot zeven meter. Op een aantal van die plaatsen zijn peilbuizen geplaatst, via
welke later watermonsters kunnen worden genomen. Voor het zwaardere werk moest
er een sondeerwagen van 15.000 kilo op rupsbanden aan te pas komen.
De grafiek met het resultaat van de diepe boring. Waar de
blauwe lijn uitslaat is de weerstand hoog: meer zand.
Dat de boring tot 25 meter diep ging betekent niet dat het vliegtuig zo diep
in de grond is geslagen. De brokstukken liggen waarschijnlijk tussen de twee
en vier meter diep. Maar door zo diep te boren kan de bodemopbouw met de verschillende
grondlagen worden bekeken. De grafiek die het resultaat was geeft aan dat de
kleilaag tot ruim acht meter reikt, waarna zand wordt aangetroffen. Zand heeft
de eigenschap dat het water doorlaat. Tussen elf en vijftien meter ligt weer
veel klei. Tussen vijftien en achttien meter ligt een tweede zandlaag. Op de
plek van de laatste boring is eveneens een peilbuis geplaatst, tot tien meter
diep, om watermonsters te kunnen nemen.
De blauwe peilbuis die achtergelaten is, met een filter op
tien meter diep voor het nemen van watermonsters
Uiteindelijk moet het onderzoek over een aantal weken uitwijzen in hoeverre
er sprake is van verontreiniging (onder andere olie en benzine), tot waar die
zich uitstrekt en of er veel water is. Dat zal in januari leiden tot een advies
hoe de bouwput er moet uitzien en hoeveel water totaal moet worden weggemalen.
Zodra die gegevens bekend zijn kan de gemeente naar de provincie voor een vergunning
om grondwater te mogen lozen.
Projectleider Gert Oerlemans geeft aan dat de gemeente dit in januari al direct
wil aankaarten, om tijdverlies te voorkomen. De gemeenteraad van Koggenland
zal op basis van alle ingewonnen informatie naar verwachting in maart beslissen
of de berging doorgang kan vinden.
Bron: Noordhollands Dagblad, 15 december 2006
Op woendag 15 november werd
al een onderzoek gedaan in een gebied van 90 bij 100 meter door de firma Leeman
uit Vriezeveen. Die verfijnde het onderzoek dat de EOD al had gedaan. Behalve
de plek van de brokken ijzer konden zij ook de diepte aflezen. De grootste brokken
zijn gelocaliseerd op 3.70 meter diepte (mogelijk de motoren ) en een vlekje
daartussen op 1.70 meter (mogelijk de romp). Hoe diep de wrakstukken precies
liggen is niet meetbaar. De onderzoekers konden alleen de bovenkant meten.