SCAMPTON - De tweelingdochters
van piloot Chris Saunders waren zaterdag voor het eerst op de basis waar hun
vader op 8 november 1941 voor zijn laatste vlucht vertrok. Zij werden in juli
2006 opgespoord en op de hoogte gebracht van het plan het toestel te bergen.
Jackie (Jacqueline) Purser-Saunders
en haar zus Frankie (Frances) Newman-Saunders (68) kwamen naar Scampton in het
gezelschap van Frankies zoons Jason en Scott, Jasons vrouw Kirsty en de kleindochters
Jasmine en Lauren.
Jackie en Frankie, de eerste gescheiden, de andere weduwe, bewonen samen een
huis nabij Oxford. Ze waren net 3 toen hun vader sneuvelde en hebben hem nooit
echt gekend. Maar sinds juli voelen ze zich of hun vader zojuist is overleden.
Koning
Ze herinneren zich
hun vader vooral als bescheiden. De medaille droeg hij niet lang in het
zicht. Ook de plechtigheid en het eerbetoon van de Red Arrows op Scampton
zou hij wellicht wat overdreven hebben gevonden, vermoeden ze. Maar dat
neemt niet weg dat ze de ceremonie met gepaste trots bijwonen en ter herdenking
een houten kruisje in de aarde zetten bij de hangar waar ook hun vader zijn
missies startte. Het graf van Saunders, die 28 werd, is naast dat van diens navigator James d'Arcy op het oorlogskerkhof van het gemenebest in Bergen. Zijn dochters zijn er 32 jaar geleden geweest. Ze zijn van plan deze zomer opnieuw naar Nederland te komen en dan ook de plek te bezoeken waar het toestel nog ligt. Een van de foto's uit hun album toont de grafsteen van hun vader met twee boeketten er bij. Hij is gemaakt in 1982. Het is het bruidsboeket van Jackie en dat van Frankie, die bruidsmeisje was. De laatste rustplaats van hun vader is sinds 1995 in feite ook het graf van hun moeder. Want de as van Frances Shirley, die in 1937 getrouwd was met Chris Saunders en nooit hertrouwde, is toen op verzoek van de kinderen door de beheerder van de begraafplaats in Bergen bijgezet in het graf van haar man. |
Frankie plaatst het kruisje, terwijl Jackie (l) en Margaret Walsh-Kehoe toekijken |
Tekst en foto's:
Eric Molenaar
Bron: Noordhollands Dagblad, 26 mei 2007